Nieuws

Schimmels maken lignocellulose biomassa beter verteerbaar

Gepubliceerd op
16 maart 2016

Op vrijdag 4 maart heeft Sandra van Kuijk haar proefschrift ‘fungal treatment of lignocellulosic biomass’ met succes verdedigd. In dit proefschrift staat een voorbehandeling van biomassa met behulp van witrotschimmels beschreven. Behandeling met deze schimmels resulteerde in een selectieve afbraak van lignine en daarmee een verhoogde in vitro verteerbaarheid in pensvloeistof.

Plantaardige bijproducten bestaan voornamelijk uit de koolhydraten, cellulose en hemicellulose, die gebonden zijn aan het zeer complexe lignine. De koolhydraten kunnen een belangrijke bron zijn voor fermentatie in de pens van herkauwers. De aanwezigheid van lignine echter, blokkeert de beschikbaarheid van de koolhydraten voor pensmicroben. 

Witrotschimmels

In de natuur zijn er maar enkele organismen in staat om lignine af te breken. Witrot schimmels zijn daar een voorbeeld van en extra speciaal omdat zij in eerste instantie selectief lignine afbreken zonder de koolhydraten af te breken. Deze kennis uit de natuur is toegepast in het onderzoek van Sandra van Kuijk. 

Selectieve lignine afbraak

Sandra heeft witrotschimmels gebruikt tijdens een voorbehandeling van biomassa. Na de schimmelbehandeling werd selectieve lignine afbraak waargenomen, waarbij een eindproduct ontstaat dat verrijkt is in cellulose. 

Verhoogde verteerbaarheid in de pens

Als gevolg van de lignine afbraak is de in vitro verteerbaarheid door pensmicroben verhoogd. De verteerbaarheid van tarwestro wordt met 50 procent verhoogd en die van houtsnippers zelfs met 150 procent. Dit toont aan dat witrotschimmels de meest voorkomende biomassa bruikbaar kunnen maken voor voeding van herkauwers. 

Lees meer over de achtergrond en resultaten van het project Met schimmels lignine afbreken in het proefschrift ‘Fungal treatment of lignocellulosic biomass’.