Blog 4: Verwondering in het moerasgebied – mei, door Matthijs

Een vroege start bij Staatsbosbeheer

Het was duidelijk dat we drukke dagen voor de boeg hadden, met bemonsteringen op veel plekken! Na de briefing gingen we snel aan de slag met het uitzetten van de fuiken. We kozen voor de grotere, meer geïsoleerde plassen: de Keersluisplas, het Aalscholverbos en de Krentenplas. Ons doel was om te onderzoeken of we met de fuiken een goede vismonitoring kunnen opzetten, en in hoeverre geïsoleerde populaties driedoornige stekelbaarsjes zich in deze plassen weten te handhaven. Hoewel deze plassen niet volledig afgesloten zijn, zijn ze toch moeilijker te bereiken, wat het onderzoek extra interessant maakt.

Peddelend het moeras in

Omdat de plassen niet makkelijk bereikbaar waren, konden we met kano’s gaan. Staatsbosbeheer had kano’s beschikbaar gesteld, en het was een leuke manier om naar de plassen te gaan. De zon scheen volop, en het was heerlijk om peddelend het moeraslandschap te zien. Dat is nog eens leuk veldwerk doen!

Karpers in het paaiseizoen

Tijdens onze tocht zagen we een enorme hoeveelheid karpers. Het was het paaiseizoen, en deze vissen kunnen wel een meter lang worden. We spotten ze vooral in de smalle verbindingen van de plassen, zoals in het Romijnsdiep, maar ook in de ondiepe plassen zelf waren ze makkelijk te vinden. We hoopten dat de grote karpers niet in onze fuiken zouden belanden, want Joep waarschuwde dat ze zich kunnen vastwurmen en zo de ingang voor andere vissen kunnen blokkeren.

Overnachting en vispassage

Na een lange dag op het water overnachtten we in een boerderijtje van Staatsbosbeheer in de buurt. De volgende ochtend stonden we vroeg op om een kijkje te nemen bij de De Wit-vispassage. Het was leuk om te zien dat veel verschillende vissen, zoals ruisvoorns, kleine modderkruipers, marmergrondels en een enkele kleine baars, gebruikmaakten van de passage.

Een verrassend rijke vangst

Na het bezoek aan de vispassage was het tijd om de fuiken te legen. We stapten weer in de kano’s en peddelden naar onze locaties. Op alle locaties zagen we dat we karpers hadden gevangen. Geen verrassing, gezien het aantal dat we de dag ervoor al hadden gezien. Gelukkig waren ze niet vast komen te zitten en zwommen ze netjes de fuiken in. Naast de karpers vingen we ook een aantal andere soorten: een enkele snoek, winde, brasems, ruisvoorns, blankvoorns, marmergrondels en kleine modderkruipers. Het was een hele geslaagde vangst.

De vistrap en een raadselachtige karper

Als afsluiter gingen we naar de vistrap, die in verbinding staat met de Lage Vaart. Tot onze verbazing vonden we zelfs een karper in de fuik bovenaan de vistrap. Of deze nu helemaal de trap op is gezwommen, of een stukje naar beneden en weer naar boven, is een raadsel. Bij het afvissen van de vistrap vonden we naast vis ook veel watertorren, poelslakken, kreeften en kikkers.

Terugblik op een geslaagd veldbezoek

Het was een leuke afsluiting van de drukke dagen in de Oostvaardersplassen, en we kijken uit naar wat we volgende maand gaan aantreffen!