Nieuws

Temperatuur en vochtvoorziening van invloed op mineralisatie

Gepubliceerd op
8 december 2016

Vijf veehouders uit de studiegroep Bodem van het praktijknetwerk ‘Waarheen met ammoniak op veen’’ hebben dit groeiseizoen geprobeerd meer inzicht te krijgen in de mineralisatie van hun veenbodem. Aan de hand van een literatuurstudie en bevindingen uit de praktijk lijkt het er op dat temperatuur een grotere invloed heeft op de mineralisatie dan de vochtvoorziening.

De deelnemers hebben samen met adviseurs van NMI en PPP Agro Advies gewerkt aan het vergroten van hun kennis op het gebied van mineralisatie. Het uiteindelijke doel is de bemesting beter af te stemmen op de actuele behoefte van het gras, waarbij rekening wordt gehouden met de actuele stikstoflevering uit mineralisatie. Daarnaast heeft een student Sander Heikoop hier literatuuronderzoek naar gedaan.

Praktijkproef bij vijf ondernemers

De deelnemers aan dit netwerk wilden graag meer inzicht in de bedrijfseigen en perceel specifieke mineralisatie. Met deze informatie kunnen de veehouders hun percelen optimaler bemesten en sturen op kuilen met een passend ruw eiwitgehalte. In het afgelopen seizoen 2016  is via een praktijkproef op 5 bedrijven geprobeerd informatie te verzamelen over de mineralisatie in hun bodem. 
Voor het verzamelen van de informatie is gebruik gemaakt van een nieuwe bemesting module, waarin rekening met het weer wordt  gehouden. Deze module wordt ontwikkeld door Eurofins Agro. Op elk perceel lag een 0-veld (zonder bemesting) en een bemest veld om vergelijkingen mogelijk te maken. Op alle percelen is de vochtvoorziening en de bodemtemperatuur gevolgd, omdat dit belangrijke factoren zijn in de mineralisatie. Hiermee hopen ze meer inzicht te krijgen in de relaties hiertussen.

Literatuuronderzoek naar mineralisatie

Stagiair Sander Heikoop heeft in zijn literatuuronderzoek ook extra aandacht besteed aan de invloed van temperatuur en vochtvoorziening op mineralisatie.  Aangezien de data van seizoen 2016 nog niet volledig zijn geanalyseerd, zijn er op basis van het literatuuronderzoek al wel interessante resultaten te benoemen op het gebied van vochtvoorziening in relatie tot temperatuur. Wat betreft vochtvoorziening blijkt dat bij een gemiddelde vochtvoorziening de mineralisatie het snelst gaat. Bij uitgedroogde grond valt de mineralisatie helemaal stil en bij volledig natte grond gaat het maar zeer langzaam. Maar de belangrijkste conclusie is dat de stikstofmineralisatie nog meer door temperatuur dan vochtvoorziening beïnvloed lijkt te worden. En dat met name bij een bodemtemperatuur van boven de 15 graden de mineralisatie echt op gang komt en er dus veel stikstof beschikbaar komt.

Effect van temperatuur op mineralisatie

Het effect van de temperatuur is mooi terug te zien in de onderstaande grafiek.  Hierin is duidelijk te zien dat het temperatuur effect groter is als de vochtvoorziening. Vocht is in deze figuur weergegeven als WFP. Bij meer informatie vindt u de presentatie van onze stagiair Sander Heikoop met bronnen en grafieken uit meerdere onderzoeken. 

afbeedling.png

Aan de slag in de praktijk

De vraag is natuurlijk: Wat betekent dit voor de praktijk? Een eerste voorzichtige indicatie, uit de bodemkolommenproeven, wijst erop dat bij een bodemtemperatuur van meer dan 15 graden op een diepte van 10 - 20 centimeter en een normale vochtvoorziening er geen of weinig stikstof nodig zou zijn. En voor de praktijk op veengrond betekent dit dat er weinig of geen stikstof hoeft te worden gestrooid als de bodem vochtig genoeg is en warm genoeg. Onder andere omstandigheden is kunstmeststrooien ‘nuttiger’.

Meer informatie