
Nieuws
Strategie voor verdere verlaging ureumgehalte
De deelnemers van het praktijknetwerk 'Voer voor minder ammoniak' hebben de resultaten van hun aanpak voor verlaging ammoniak via het voer besproken en vergeleken met een grotere groep melkveehouders. In 2014 slaagde 20 procent erin een ureumgehalte in de tank te realiseren van 19 of minder.
In de wetgeving voor ammoniak is de maatregel opgenomen de inspanning op het gebied van ureumgehalte in de tankmelk te belonen. Bij een gemiddeld ureumgehalte van 19 mg per 100 ml melk of lager komen bedrijven in aanmerking voor 10% vermindering van ammoniakuitstoot. Van de 300 bedrijven slaagde er in 2014 20% erin om dit te realiseren.
Op basis van hun ervaringen zien de deelnemers van het praktijknetwerk 'voer voor minder ammoniak' resultaten van hun aanpak:
- het realiseren van een RE gehalte in het rantsoen van 15%.
- de benutting van het eiwit en een lager ureumgehalte in de tankmelk.
Afhankelijk van het gerealiseerde ureumgehalte sturen ze op onderdelen in het rantsoen. Veel van de bedrijven streven nu naar een ureumgehalte van 20. Voor verdere verlaging is een verdieping nodig in de rantsoen samenstelling en overleg met de veevoeradviseur. De netwerkdeelnemers zien de volgende stappen in het sturen op een lager ureumgehalte.
Daarbij is ook gekeken naar de sturing op koppel-, groeps- of individueel niveau en de beschikbare informatie op het bedrijf.
Het afgelopen jaar hebben een aantal bedrijven ervaring proberen op te doen met het gebruik van het individuele ureumgehalte. De ervaringen daarmee zijn:
- Sturing in ureumgehalte is mogelijk, maar te grote aanpassingen in daling van eiwit laten ook een daling in melkeiwit zien. Hiervoor is er behoefte aan een duidelijke rekenregel.
- De MPR metingen vinden plaats met een interval van 3-6 weken. De deelnemers vinden het belangrijk dat er meer inzicht komt in het verloop van het ureum gehalte met kortere periodes.
Uitdaging: sturen op RE
Op basis van hun uitkomsten is er duidelijk nog veel resultaat te halen bij het optimaliseren van het rantsoen. Over het jaar 2014 zien ze nog een grote spreiding tussen de bedrijven. Over het algemeen is bij een hoger ureumgehalte het aandeel ruw eiwit per kVem ook hoger. Voor bedrijven met een hoog RE en hoog ureumgehalte is een beter rendement te halen door minder eiwit aankoop en minder mestafzet.