Project

Met gas geen broei in snijmaïs en kuilgras

In de praktijk vormt broei in de kuilen tijdens het voeren en uitkuilen een groot probleem.

graskuil1.jpg

Uit diverse metingen in de praktijk blijkt dat ruim de helft van de kuilen in meer of mindere mate last heeft van broei. Broei leidt tot voederwaarde verlies en slechtere opname en daarmee tot slechtere economische bedrijfsresultaten. Daarnaast heeft recent onderzoek van NIZO aangetoond dat broei (aërobe instabiliteit) leidt tot ontwikkeling van schadelijke micro-organismen in de kuil, zoals boterzuurbacteriën, bacillus en mycotoxine-vormende schimmels.
Broei in graskuilen wordt veroorzaakt door indringing van lucht (zuurstof) in de kuil. Tijdens het voeren is de kuil open en kan er lucht indringen vanaf het snijvlak. Door een goede verdichting kan de indringing worden beperkt. Echter, volledige preventie van luchtindringing door een goede verdichting is met name in de toplaag van de kuil niet mogelijk. Broei ontstaat dan ook vaak in de top- en randlagen van de kuil. Een mogelijke oplossing om broei te voorkomen is tijdens de periode dat de kuil open ligt, gas toe te dienen met een lichte overdruk. Dit gas vormt vervolgens een blokkade voor lucht om in de kuil te treden.

Het totale project in opgedeeld in drie fasen. In fase 1 (dit project) wordt op minischaal getest of het principe werkt om via lichte gasoverdruk broei in kuilen te voorkomen. Het onderzoek wordt uitgevoerd met koolzuurgas en stikstofgas. Wanneer het principe op minischaal succesvol lijkt om broei te bestrijden wordt het onderzoek in fase 2 en 3 opgeschaald naar praktijkniveau.

Uitvoerende instelling

Wageningen UR Livestock Research

Financier

Productschap Zuivel

Nieuws

Producten

Projectleider 

Herman van Schooten (Wageningen UR Livestock Research)

tel: 0317-480750