Nieuws

BioDiverseMelk: handvatten voor gebruik kruiden in grasland

Gepubliceerd op
13 juli 2022

Stel, je hebt 10% kruiden in je grasland, heb je dan kruidenrijk grasland? Op deze vraag bestaat nog geen definitief antwoord. Kruidenrijk grasland is een containerbegrip geworden, wat het lastig maakt om de effecten op diergezondheid, methaanemissie, stikstofbenutting en melkkwaliteit te meten. In het project BioDiverseMelk wordt sinds september 2021 gewerkt om hier verandering in te brengen, met als missie telers meer handvatten te geven voor het gebruik van kruiden in grasland.

Marije Strikwold, werkzaam bij Hogeschool Van Hall en projectleider licht het project toe: “Er zijn veel onderzoeken over kruidenrijk grasland beschikbaar. Ons eerste doel was dan ook om al deze kennis te bundelen en op een handzame manier te presenteren. Ons onderzoek is vervolgens tweeledig; aan de ene kant onderzoeken we de effecten van kruiden op methaanemissies en stikstofbenutting, aan de andere kant analyseren we de melksamenstelling na inname van een bepaalde hoeveelheid kruiden.”

Response proeven

Tijdens het Project BioDiverseMelk worden dosis response proeven uitgevoerd in een gecontroleerde omgeving op de Dairy Campus in Leeuwarden. Deze manier van werken is uniek, zowel in Nederland als internationaal. Onderzoeker Ronald Zom, gespecialiseerd in veevoeding en werkzaam bij zowel de WUR als bij Hogeschool Van Hall Larenstein legt uit hoe de methode werkt: “We hebben kruiden in monocultuur gezaaid. Op basis van 3 - 6 - 9 kg drogestof van het kruid per dag per koe bekijken we wat de respons is op verschillende parameters ten aanzien van emissies en melksamenstelling. Het mooie is dat wij de veehouder dan straks concrete informatie kunnen geven over hoeveel kruiden hij idealiter zaait. Maar ook over de te verwachten effecten op stikstofbenutting, methaanemissie en melkproductie van zijn bedrijf.”

Melkstromen identificeren

Ook economische verwaarding van kruidenrijk grasland is een onderdeel van het project. “In september van dit jaar start een groep studenten van Hogeschool Van Hall Larenstein met het onderzoeken van verwaardingsmogelijkheden van kruidenrijke melkstromen,” vertelt Marije. “Zij worden daarbij ondersteund door de Rabobank.” Ronald heeft alvast één aspect om daarin mee te nemen: “Wij proberen methodes op te zetten om melk te screenen op aanwezigheid van stoffen. Melkstromen van kruidenrijke weiden kunnen dan eenvoudig geïdentificeerd en vervolgens verwaard worden. Ten opzichte van de traditionele manier van controle door inspecteurs is deze manier zeer kostenefficiënt voor de keten en tijdbesparend voor de melkveehouder!”

Longlist kruiden

Eerst is een longlist van 80 kruiden en grassen opgesteld op basis van bestaande literatuur en deze geeft informatie over onder meer de standvastigheid, geschiktheid voor verschillende grondsoorten, beworteling, diergezondheid en voederwaarde van kruiden. Deze wordt uiteindelijk opgenomen in een definitieve database om veehouders zoveel mogelijk handelingsperspectief te bieden. Op basis van de longlist zijn vier kruiden geselecteerd die meegenomen worden in de gecontroleerde proeven op de DairyCampus waar de effecten op methaanemissie, stikstofbenutting en melksamenstelling worden onderzocht.

Naast de gecontroleerde proeven op Dairy Campus worden verschillende effecten ook in de praktijk bij melkveehouders onderzocht. Dat ook de verdienmodellen onderwerp zijn van het project vinden we als LG een hele belangrijke. Het nieuwe GLB zal daar straks een extra impuls aan geven.


Het project wordt gefinancierd door SNN, Ruimtelijk Economisch Programma, het Melkveefonds en het Mesdagfonds, Limagrain en FrieslandCampina.