Nieuws
Het succes van een rammencirkel zit hem in de vaste volgorde
Het Veluws heideschaap is één van de zeldzame Nederlandse heideschaaprassen. In 2020 waren er, verdeeld over 8 kuddes, net iets minder dan 1.300 volwassen vrouwelijke dieren ingeschreven in het stamboek. Sinds de jaren 90 is voor het Veluws heideschaap een rammencirkel in gebruik om de inteelttoename te beperken.
Praktijkvoorbeeld - Veluws heideschaap
Een rammencirkel is een samenwerkingsverband tussen verschillende kuddes, waarbij elk jaar fokrammen uit kudde A worden doorgeschoven aan de kudde B, kudde B schuift rammen door naar de kudde C, en zo door tot de laatste in de rij de rammen doorschuift naar kudde A. Zo vormen de verschillende kuddes als het ware een cirkel (zie voorbeeld Figuur 1).
In 2019 en 2020 hebben er verschuivingen plaatsgevonden in de rammencirkel van het stamboek voor Veluws heideschapen. Behalve het wijzigen van de volgorde is er een kudde uit de rammencirkel gegaan en er is een nieuwe kudde opgebouwd met schapen uit de verschillende andere kuddes. Op verzoek van het stamboek van het Veluws heideschaap heeft CGN met simulaties gekeken naar de invloed van deze veranderingen op de inteelttoename.
Effect van de rammencirkel op de inteelttoename
Met behulp van computersimulaties heeft het CGN de invloed van de veranderingen laten zien voor de totale populatie voor de komende vijftig jaar. Ook is er gekeken naar de verschillen tussen de kuddes, hierbij kwam naar voren dat de inteelttoename sterk verschilde tussen de kuddes. Bij sommige kuddes daalde de inteelt, terwijl deze bij andere juist vrij hard steeg. Als de rammencirkel nu weer in een constante volgorde wordt gehanteerd zal de inteelttoename op de lange termijn (na 2028 is de verwachting) weer constant worden en rond de 0.17% liggen. De specifieke volgorde heeft hierbij weinig invloed, zolang dezelfde volgorde maar gehanteerd blijft.
Belang van vaste volgorde
Belangrijk leerpunt is dat een rammencirkel bij voorkeur lang moet worden volgehouden met een constante volgorde. Dan is de verwachting dat na verloop van tijd (5 tot 10 jaar) de inteelttoename weer, als gewenst, op een laag niveau uitkomt.