Nieuws

Houbraken levert bijdrage aan klimaatdoelstellingen (deel 1)

Gepubliceerd op
2 maart 2021

De melkveehouderij staat voor een grote klimaatopgave op het gebied van N en C, ofwel de uitstoot van ammoniak en methaan. Op dit moment lopen er veel onderzoeken en staan er nog verschillende maatregelen op stapel. Op het Koeien & Kansen-bedrijf van Adrian Houbraken in Bergeijk wordt dit voorjaar de uitstoot van methaan gemeten met de Greenfeed. Deze metingen leveren nieuwe informatie op rondom de uitstoot van methaan, maar roepen ook vragen op bij Adrian Houbraken.

Dit voorjaar wordt op het bedrijf van Houbraken een Greenfeed geplaatst. Dit is in principe een alternatieve krachtvoerbox, waarin de uitgeademde lucht gemeten wordt op samenstelling. Op basis van deze informatie kan een voorspelling gemaakt worden van de totale methaanuitstoot. Methaan is een item dat moeilijk te vangen is binnen een melkveebedrijf. Het is niet op te lossen door aanpassingen in de stal of door machines om mest uit te rijden. Methaan ontstaat in principe in de motor van de koe; de pens. Maar in welke mate kunnen wij hier als ondernemers invloed op uitoefenen?

Methaanvorming vormt zich in de pens en komt onder andere met het oprispen van het voer, voor het herkauwen naar buiten. ‘’Hierop bewust gaan sturen kan grote gevolgen hebben voor het dier’’, meent Houbraken.

Metingen roepen dubbelgevoel op

Vanaf maart zal er op het bedrijf 12 weken lang met een Greenfeed de samenstelling van de uitgeademde lucht van zijn koeien gemeten worden. Het is bedoeling om eerst 4 weken het ‘normale’ rantsoen te voeren, om een nulmeting te verkrijgen. Vervolgens moet 4 weken een methaanarm rantsoen gevoerd worden om daarna weer terug te keren naar het normale rantsoen. Uiteindelijk moet dat leiden tot een beter inzicht op het effect van methaanarme voeding op methaanuitstoot, maar natuurlijk ook op productie en gezondheid van de koeien.

Deze aanpak geeft Houbraken ietwat dubbelgevoel. Enerzijds is hij blij, dat hij mee kan werken aan het toekomstbestendig maken van de melkveehouderij; anderzijds vindt hij het spannend wat het effect is van het toepassen van onbekende maatregelen ten aanzien van voeding. Nu stelt hij het rantsoen voor zijn koeien samen op basis van diergezondheid, productie en economie. Deze mix van factoren geeft hem zekerheid. Nu is de vraag: Wat is de invloed van de diverse maatregelen op deze factoren?

Bierbostel als voorbeeld

Stel je voegt bierbostel toe aan het rantsoen. Dit is een gewaardeerd voedermiddel met een lage methaanemissie en heeft een positief effect op de uitstoot. Wat betekent dat dan? De brouwerijen in Nederland gaan niet meer bierbrouwen, dus er komt niet meer bostel. Gaat de prijs omhoog? Is het dan nog economisch aantrekkelijk om het te voeren?

Bierbostel is in dit voorbeeld een relatief bekend product, maar wat als er producten geadviseerd gaan worden die nu nog onbekend zijn, of waarvan we de werking op langere termijn niet weten. Allemaal vragen en voorbeelden die bij Houbraken twijfels oproepen.

De komende twaalf weken gaat hij aan de slag met dit onderzoek en is hij benieuwd wat het effect hiervan is voor zijn veestapel. Dit geeft hem dat ‘onbestemde’ gevoel. Of dat gevoel terecht is horen we in de tweede helft van dit jaar. Dan zal Houbraken zijn opgedane kennis en ervaring delen.